Evia kwam in 2008 mee met het transport dat op Tweede Paasdag aankwam vanuit Corfu. Zij durfde eerst niet van de loopplank van de vrachtwagen af, omdat ze zeer slecht zag. Later werd ze zelfs helemaal blind en droeg ze soms een soort stootkussen (een verdikt stuk textiel dat ervoor zorgde dat als ze haar hoofd stootte, ze zich niet openhaalde). Dit betekende niet dat ze niet van het leven genoot. Samen met haar maatje Wei stond ze in de theaterstal en kreeg daar haar bakjes. Ook vond ze het fijn om in de kantine bij de kachel te staan. En vaak maakte ze lange wandelingen met vrijwilligster Willeke, waar beiden heel erg van genoten. Willeke liet haar soms ook los op de grote boswei. Als ze haar dan aanmoedigde en vertrouwen gaf en Evia voelde dat ze zich niet kon bezeren, ging ze vaak even rondjes rennen.