hoefverzorging hoeven bij ezels

Hoefverzorging
Van nature leven  ezels in landen waar het warm en droog is. De ondergrond is dan vaak droog en hard of steenachtig.  In Nederland is het veel natter en mede daardoor komen hoef problemen bij ezels hier vaker voor. Door een ezel op een droge, harde omgeving te laten staan, kun je al een hoop problemen  voorkomen.  Maar aangezien dat in ons land niet altijd goed kan, is het goed onderhouden van hoeven belangrijk!

Kappen, raspen en krabben
Ezel hoeven moeten zeker eens in de drie maanden worden bekapt. Daarbij gebruik je een hoeven krabber en een vijl. Als ze weinig lopen, of alleen op een zachtere ondergrond slijten de hoeven langzamer en is vaker bekappen misschien noodzakelijk.  Er is best flink verschil tussen hoeven bij ezels en bij paarden. Als je dus een hoefsmid laat komen (en dat kan ik je zeker  aanraden) is het belangrijk dat deze ook op zijn minst ervaring heeft met ezels, maar het liefste gespecialiseerd in het bekappen van ezels. Voor hulp bij het vinden van zo’n gespecialiseerde hoefsmid kun je een mailtje sturen naar info@ezelsocieteit.nl

Hoef ezel hoefverzorging bij ezels
Foto’s: Heleen Schenk

Ezel hoeven groeien vanuit de achterkant. Van die achterkant moet dus meer afgehaald worden dan van de voorkant. Een goede ezel hoefsmid  heeft daar ervaring mee en knipt de draagrand in de juiste stand én controleert de hoef op witte lijnziekte en rotstraal.
Slechte, of onvoldoende verzorging van de hoeven kan ernstige schade toebrengen. Niet alleen aan de hoeven, maar door de manier van staan ook aan  de poten en zelfs rug!

Zelf kun je natuurlijk ook veel doen aan onderhoud van de hoeven. Verwijder vuil en steentjes onder de hoeven regelmatig, zeker twee tot drie keer per week. Gebruik hiervoor een hoevenkrabber. Je kunt tijdens het schoonhouden van de hoeven ook gelijk oefenen om je ezel de hoeven op te laten tillen. Het beste maak je het schoonmaken van de hoeven een vast onderdeel van de dagelijkse borstel routine. Dan kun je gelijk even goed kijken of er rondom de hoeven geen verwondingen of zwellingen zijn.

Om dat goed dagelijks te kunnen doen is het nodig dat je ezel leert om de hoeven rustig één voor één op te tillen als je daar om vraagt. Mocht je ezel dat nog niet kunnen, train het dan rustig. De basis hiervoor is natuurlijk zoals altijd: geduld en belonen positief gedrag. Mocht je met trainen geen vorderingen maken, bedenk je dan dat er wel eens wat anders achter zou kunnen zitten en raadpleeg bij twijfel een dierenarts. Misschien heeft je ezel bijvoorbeeld pijn en vindt hij of zij het daarom lastig het optillen van de hoeven te leren.

Waar je ook goed op moet letten bij het optillen van de hoeven, is dat je ze niet te veel opzij buigt, en niet te hoog optilt. Want dan raakt de ezel uit balans en zal gaan tegenstribbelen. Als je het goed doet, dan til je de hoeven niet verder omhoog dan een centimeter of 30 van de grond. En zorg je  dat de hoef recht onder het lichaam blijft.

Stappenplan voor het optillen en schoonmaken van de hoeven:
Benader ezels altijd kalm. Ze zijn gevoelige dieren, dus als jij zenuwachtig of gespannen bent, dan zijn zij het ook. En daar gaat het altijd lastiger van.  Probeer een vaste volgorde aan te houden, dan weten ze na verloop van tijd wat er te wachten staat, dat geeft rust.

Begin bij de linkerschouder van de ezel en strijk met je hand langs de voorkant omlaag.
Na de knie achterlangs strijken tot net boven de hoef.

Trek zachtjes (!) om de ezel ertoe te brengen de hoef op te lichten. Waar nodig laat je de schouder van de ezel iets tegen je aan leunen om hem meer stabiliteit te geven.

Schraap met de hoefkrabber van hiel naar teen om modder en stenen uit de hoef te verwijderen. Controleer de hoornstraal en het deel rond de witte lijn op stenen en schade. Als je dit nog nooit gedaan hebt, vraag dan iemand met ervaring om het eens voor te doen.

Schraap de hoeven steeds in dezelfde volgorde schoon. Begin met de linker voorhoef, dan linksachter, dan rechtsvoor en ten slotte rechtsachter. De ezel zal al snel leren anticiperen en automatisch de volgende hoef presenteren.

Als het je echt niet lukt om de hoeven te laten optillen, kan het zijn dat dit komt omdat de ezel pijn heeft of gespannen is.  Zorg ervoor dat je kalm en rustig bent, en raadpleeg bij twijfel een hoefsmid of dierenarts. Het is aan de andere kant ook wel belangrijk om vol te houden. Je wilt je ezel natuurlijk niet aanleren om niet te gehoorzamen. Blijf rustig en dwing een ezel nooit niet met geweld om de poot op te tillen. Dat leidt gegarandeerd nergens toe, behalve dat ze het bij een volgende poetsbeurt nog enger gaan vinden en meer tegen gaan werken. Kleine beloningen bij goed gedrag werken veel beter. Kijk hoe je ezel reageert en pas daar je gedrag op aan. Zorg dat je aandacht hebt voor het dier als je de stal in komt (dus niet met je mobiele telefoon in je handen nog snel een smsje sturen)

Wanneer een ezel eerst wel en later niet meer de hoeven op wil tillen, kun je het volgende proberen:

  • Verplaats de ezel naar een andere plek;
  • Zorg dat de ezel niet ergens door wordt afgeleid of ergens angstig voor is;
  • Zorg dat de ezel in balans staat met het gewicht over alle vier de poten verdeeld;
  • Zorg dat het maatje van de ezel in de buurt is;
  • Probeer een andere poot;
  • Stop en probeer het later nog een keer.Lukt dat niet, raadpleeg dan je dierenarts of hoefsmid

Hoefijzers
Eigenlijk is het in ons land nooit nodig om ezel hoeven te voorzien van hoefijzers. Ezel hoeven zijn harder dan die van paarden. En ze hoeven in de regel niet zo hard te werken dat bescherming van hoeven door middel van ijzers noodzakelijk is. Sterker nog: een hoefijzer verhindert de hoefwerking. Hoefwerking wil zeggen dat als de ezel  een poot neerzet, de hoefwand een paar millimeter uitzet. Dat is goed voor de doorbloeding. Als je een hoefijzer geeft kan dat niet meer, en dat doet dus meer kwaad dan goed. Een uitzondering hierop kan natuurlijk wel gemaakt worden, maar dan alleen op dringend advies van een dierenarts of hoefsmid.

Hoefbevangenheid
Een belangrijke en gevaarlijke aandoening aan de hoeven waar  ezels mee te maken kunnen krijgen is hoefbevangenheid. Veel ezels raken op enig moment in hun leven hoefbevangen. Hoefbevangenheid is een ziekte waarbij de bloedvoorziening van onze ondervoet verstoord raakt. De verstoorde doorbloeding leidt tot vochtophoping in de hoeven. Deze worden warm en als je er met een hamer zachtjes op klopt doet het pijn. Als je de ezel niet tijdig behandeld, kan dat blijvende kreupelheid tot gevolg hebben. Het is dus zaak om hier goed op te letten. Als ezels hoefbevangen zijn, staan ze vaak met de voorbenen ver naar voren om ze minder te belasten. Omdat het pijn doet lopen ze zo min mogelijk, ze schuifelen hoogstens nog een beetje. De pijnlijke hoef voelt warm aan en de ezel kan koorts hebben.  Herkent je deze symptomen, of denk je dat je ezel misschien hoefbevangen is, raadpleeg dan direct de dierenarts!

Hoefbevangenheid is een kwaal die ontstaat door een verstoring van het evenwicht in de stofwisseling. Overgewicht, een overdaad aan suikers in de voeding, overbelasting, verkeerd bekappen, stress, Ziekte van Cushing – het kan allemaal bijdragen aan het ontstaan van hoefbevangenheid. Overgewicht en een teveel aan suikers zijn prima te voorkomen. Hou er rekening mee dat ezels van oorsprong in de woestijn moesten overleven. Hun spijsvertering is gemaakt om op vezelrijke en suikerarme voeding te overleven. Hier in Nederland eet een ezel haast ongemerkt te veel suiker. Vooral voorjaarsgras en gras dat pas bemest is bevat veel suiker. Ook zonlicht en  temperatuur hebben een invloed op de hoeveelheid suiker in gras:

Hoefbevangenheid kan, mits bijtijds ontdekt, goed worden behandeld. Maar het vergt wel veel geduld. De ezel hoefsmid kan heilzaam werk verrichten door de hoef geregeld te bekappen. En een vezelrijk dieet (stro, beetje hooi). Laat de hoefbevangen ezel veel rusten op een diep strobed of nat zand. De dierenarts kan pijnstillers geven en uitzoeken welke van de mogelijke oorzaken in dit specifieke geval waarschijnlijk speelt.